Oplegregeling alleen voor schepen > 86 meter

Het Crisisberaad Binnenvaart is op dit moment druk bezig met het toetsen van de oplegregeling aan de mededingingswetgeving. In eerste instantie keurde de Nederlandse Mededingingsautoroteit (NMa) het plan af. Maar het Crisisberaad gaat ervan uit dat het in een ‘constructieve dialoog' met de NMa in aangepaste vorm zal voldoen aan de eisen van de mededingingswet. Dat houdt in dat van een kartel met vrachtprijsopdrijvende maatregelen geen sprake mag zijn.

Financiering komt nog
De volgende stap is het rond maken van de financiering van het plan. Over de financiering is nog niets definitief bekend, behalve dat er een scheiding komt tussen schepen korter en langer dan 86 meter. Twee weken geleden bij de presentatie van het plan ging het Crisisberaad uit van in totaal 153,5 miljoen euro voor het opleggen van schepen tot 2015. Die kostenraming had betrekking op de hele Nederlandse binnenvloot en hield rekening met bijdragen van de banken (46 miljoen euro), zeehavens (5 miljoen euro), sloopfonds (10 miljoen euro), rijksoverheid (2,5 miljoen euro) en schippers (90 miljoen euro).

Het kostenplaatje verandert nu de oplegregeling in eerste instantie wordt opgezet voor schepen langer dan 86 meter. Door de verschillen in exploitatiewijze, ladingstromen en financieringsstructuur binnen deze segmenten meent het Crisisberaad dat schepen korter dan 86 meter een andere problematiek kennen dan de grotere schepen.

Meer efficiency
De oplegregeling voorziet in een mogelijkheid om schepen tegen minimale kosten stil te leggen. Dat zal zijn effect hebben op de hele vloot, rekent het Crisisberaad voor. ‘Het varende deel van de vloot kan meer efficiency bereiken door betere aansluiting en partijgroottes die beter passen. Als bijvoorbeeld 20% van de vloot stil ligt, vaart 80% door. De reizen die niet worden gedaan door de liggers worden dan dus door de overige 80% gedaan. Voor het varende deel betekent dat dus meer omzet. Een deel van die extra omzet moet worden gebruikt om de minimale kosten van de liggers te betalen.'

Het Crisisberaad Binnenvaart stelt overigens dat van de oplegregeling geen wonderen moeten worden verwacht. ‘Het is een instrument om de "gewone" binnenvaartondernemer in de droge lading en containers door de crisis te loodsen.' (DvdM)