De Nederlandse scheepsbouwindustrie weet zich op de wereldmarkt bij uitstek te positioneren door haar kennisintensiteit en R&D. Maar die positie wordt bedreigd doordat vrijwel alle EU-scheepsbouwlanden op deze terreinen grote faciliteiten beschikbaar stellen. Zo wordt de Nederlandse industrie in een achterstandspositie gedrukt. De Kamerleden waarschuwen voor een reële achteruitgang met dito afnemende export en inkomsten voor de Nederlandse economie en Staat.
Daarom moet de regering op korte termijn samen met de sector een analyse maken van de effecten op middellange termijn voor de Nederlandse economie en export van de situatie waarin een Europees Level Playing Field op het terrein van innovatie en R&D voor de Nederlandse scheepsbouwindustrie ontbreekt.
De motie is ondertekend door de Kamerleden Slob, Kortenhorst, Van der Vlies, Van Egerschot, Bakker en Blom.
MOTIE VAN HET LID SLOB C.S.
Voorgesteld 14 juni 2005
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende, dat de Nederlandse scheepsbouwindustrie zich op de wereldmarkt bij uitstek weet te positioneren door haar kennisintensiteit en R&D;
constaterende, dat vrijwel alle EU-scheepsbouwlanden grote faciliteiten beschikbaar stellen op het terrein van innovatie en R&D voor hun eigen industrieën, waardoor voor de Nederlandse industrie juist op het vlak van innovatie en R&D zienderogen in een achterstandspositie wordt gedrukt;
overwegende, dat dit een reële achteruitgang van deze industrie tot gevolg kan hebben,met dito afnemende export en inkomsten voor de Nederlandse economie en Staat;
roept de regering op samen met de sector op korte termijn een analyse te maken van de effecten op middellange termijn voor de Nederlandse economie/export van de situatie van het ontbreken van een Europees Level Playing Field op het terrein van innovatie en R&D voor de Nederlandse scheepsbouwindustrie en aan te geven welk beleid zij hier al dan niet tegenover wil gaan stellen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Slob
Kortenhorst
Van der Vlies
Van Egerschot
Bakker
Blom