Home»Actueel & Opinie»Artikel

« Vorige artikelVolgende artikel »

Het leven van schippersfamilies in 'Elisabeth, hoort u mij?'

20-09-2007

DORDRECHT 19/9 - Zelf spreken ze liefkozend van 'ons schipperskind'. Schrijfsters Meta Bison en Geertje French boden Jos Hubens, voorzitter van Vereniging 'De Binnenvaart', woensdag het eerste exemplaar aan van hun boek 'Elisabeth, hoort u mij?' . Dat gebeurde helemaal in stijl aan boord van het verenigingsschip René Siegfried in Dordrecht.

Foto © VAART!Jos Hubens nam het boek 'Elisabeth, hoort u mij?' in ontvangst van schrijfsters Meta Bison (links) en Geertje French (rechts). Foto © VAART!

'Elisabeth, hoort u mij?' is een kroniek over het leven aan boord van een binnenvaartschip. Eigenlijk van heel veel binnenvaartschepen, want door het openen van hun harten en huisarchieven maakten tal van schippersfamilies het de schrijfsters mogelijk de kroniek te schrijven. 'Elisabeth, hoort u mij?' geeft op bijzondere wijze een beeld van de grootste binnenvaartvloot van Europa, met aandacht voor het verleden en het heden. Zoals Bison en French het zelf zeggen: 'Het is niet alleen óver de binnenvaart, maar vooral ook vóór de binnenvaart.' Ze hebben er tweeëneenhalf jaar intensief aan gewerkt.

Wereld op zichzelf
Hans Theissen, die voor maritiem uitgever Lanasta de productie begeleidde, hield bij de doop van het boek een lofrede op de Nederlandse binnenvaartvloot. 'De vlootcijfers liegen er niet om, de binnenvaart is van enorm belang voor onze economie. Maar vaak wordt vergeten dat het schip meestal wordt bestuurd door een man en vrouw samen, eventueel met behulp van een medewerker. Het is een wereld op zichzelf', zei Theissen. De wijze waarop beide schrijfsters wisten door te dringen in het binnenvaartwereldje noemde hij 'zeer bevlogen'.

Foto © VAART!Theissen aan het woord, zittend links uitgever Jantinus Mulder van Lanasta. Foto © VAART!

Dat het boek geschreven is, is volgens Theissen bijzonder te noemen. 'Het is niet zo, dat men zo maar aan boord van een binnenvaartschip kan springen. En aan boord is er lang niet altijd tijd voor een uitgebreid interview over privé-zaken. Toch zijn de auteurs hierin geslaagd, na jaren van voorbereiding, en hebben daarmee een bijzonder boek gerealiseerd.' Aansluitend bij hun eigen bewoordingen wenste hij 'dit schipperskind een behouden vaart'.

Jos Hubens zei het zeer te waarderen en trots te zijn dat Lanasta de René Siegfried koos als lokatie en Vereniging 'De Binnenvaart' voor het in ontvangst nemen van het eerste exemplaar. Bladerend door het boek viel hem het hoofdstuk 'Internaat' op: 'Als schipperskind is mij die internaatstijd slecht bevallen, maar dat ik jaren later op een reünie mijn vrouw tegenkwam, maakte veel goed.'

Inleven en laten 'proeven'
Meta Bison leefde zich voor het boek helemaal in in de varende families, zoals ze dat eerder al deed in boeken over vrouwelijke vliegers bij de luchtmacht, de brandweer en de veiling van Beverwijk. Ze laat de lezer de sfeer in het internaat 'proeven' in de vorm van veelal anonieme verhalen, anecdotes en foto's die in de familiekring te ronde doen. Zo is ook de strijd die de schipper met de elementen voert bespreekbaar gemaakt.

'Doe maar geen boek. Wij hebben eigenlijk geen verhaal', zeiden schippersvrouwen die ze interviewde. Zulke opmerkingen versluieren volgens Bison de eenzaamheid van de schipperse, de harde werkelijkheid op het jaagpad en menig huwelijk dat op de proef wordt gesteld bij noodweer of tijdens het passen en meten in een sluis. Het gevoel er niet bij te horen omdat een schipper altijd onderweg is werd niet ervaren als klacht want, zo tekende ze op: 'Wanneer je aangemeerd bent en de buurman bevalt je niet dan vertrek je gewoon. Bovendien... bij storm kun je nooit een dakpan op je hoofd krijgen.' Een geluksmoment? 'Als we bij zonsondergang onder een brug doorvaren, wanneer er dan ook nog een trein over die brug rijdt...'

Foto VAART!Geertje French, die zelf 18 maanden heeft gevaren tussen Rotterdam en Zuid-Frankrijk ('276 sluisjes, als kokkin en manusje van alles op een klein vrachtschip'), leverde haar bijdrage aan het boek vanuit Engeland, waar ze woont. Ze schreef ondermeer een aantal gedichten. Bij de presentatie woensdagmiddag las ze 'Mooi broos bruidsgoed' (pag. 105) voor. De titel van het boek is ontleend aan een korter gedicht:

Elisabeth, hoort u mij?

De ochtend groet mij grauw
Buiten spoken witte wieven
Ik zie niet verder dan mijn mouw
De touwen zoek ik blindelings.

Damp rijst over de rivier
Uit de diepte van het slijk
Sluipt als een onzichtbare cipier
Mist is nu mijn koninkrijk.

'Elisabeth, hoort u mij?'
De schrik giert in mijn bloed
Het roer glipt door mijn handen
'Ja, hier de Engel, kom maar voorbij.'

Ik hoor haar schuiven langs de randen
Ben bang voor een botsing op de stalen wanden

Dan drijven we veilig en statig langszij
Ik zucht en hoor het piepen van de rubber banden
'Vaarwel Elisabeth en goede reis'
'Ja, dank je Engel en insgelijks.'

Elisabeth, hoort u mij?, door Meta Bison & Geertje French, Uitgeverij Lanasta, ISBN: 978-90-8616-025-9, Uitvoering: genaaid gebrocheerd, Aantal pagina's: 168 (deels kleur), Afmetingen: 210 x 275 mm, Prijs: € 27.95. Bestellen via VAART!Bookstore.

Schrijf een reactie

Je dient een Vaart account te hebben om te kunnen reageren. Klik hier om in te loggen of je aan te melden.




Reacties op dit artikel (0)

Er zijn nog geen reacties.